Ik geloof dat het kan
1 mei gaat over strijd. Strijd voor een beter leven. Strijd voor menselijkheid en het realiseren van een ideaal.
Op 1 mei begon de strijd voor de 8-urige werkdag. Eind negentiende eeuw, toen meer dan 12 uur per dag werken nog heel normaal was. 6 of 7 dagen in de week, zonder vakanties. De dag van de arbeid is daarna uitgegroeid tot een dag die gaat over het geloof dat we de wereld ten goede kunnen veranderen, als we ons er voor inzetten.
Dat geloof staat centraal in mijn werk als wethouder onderwijs, armoede en inburgering. De belangrijkste opdracht die ik mijzelf gaf bij de start in 2018 was het vergroten van kansengelijkheid. In mijn jaren als raadslid had ik overal in de stad kunnen zien hoe ongelijk de kansen zijn verdeeld. Een goed voorbeeld daarvan is het lerarentekort. In 2019 hadden we in Amsterdam een tekort van bijna 400 leraren. Duizenden Amsterdamse kinderen hadden dus geen vaste, bevoegde leerkracht. Een grote bedreiging voor de kwaliteit van ons onderwijs. En dat speelde vooral in de wijken waar ook veel andere problemen voorkomen, zoals armoede, schulden en laaggeletterdheid. In deze wijken bleek het lerarentekort maar liefst drie keer zo hoog. Voor kinderen die opgroeien in deze wijken betekent dat een veel grotere kans op slechter onderwijs. Terwijl mijn ideaal juist is dat deze kinderen het allerbeste onderwijs krijgen, omdat dit vaak de beste weg is uit armoede en achterstand. Samen met de leraren, de directeuren, de schoolbestuurders trok ik daarom ten strijde. Voor een beter salaris en meer ondersteuning voor leraren, vooral voor leraren in die wijken. De strijd had resultaat. Er kwam een vierjarige bonus voor Amsterdamse leraren. Voor leraren in wijken met een groter tekort, werd de bonus drie keer zo hoog. Mede daardoor nam het lerarentekort afgelopen jaar met 20% af en werd gelijker verdeeld over de stad.
We zijn er nog lang niet, maar het is een stap in de goede richting. Dit voorbeeld laat zien dat strijd werkt. Dat strijd noodzakelijk is om te veranderen wat niet goed is. Het verandert niet vanzelf de goede kant op. Sterker nog, als je het laat lopen, neemt ongelijkheid toe. Dan geldt het recht van de sterkste. Dit is wat we de afgelopen jaren hebben zien gebeuren onder neoliberaal bewind, waarin steeds meer ruimte werd gegeven aan de markt en de overheid handelde alsof het een bedrijf was. De BV Nederland. Met als gevolg dat steeds meer mensen een steeds onzekerder positie kregen op de arbeidsmarkt, huizenprijzen zijn geëxplodeerd, de tekorten in de publieke sector zijn opgelopen, het aantal mensen met schulden is toegenomen, economische groei ten koste is gegaan van het klimaat en racisme en discriminatie een plek kregen in het handelen van onze instanties. Om maar wat te noemen. Dit is ons allemaal niet zomaar overkomen, maar is het gevolg van politieke keuzes. Keuzes waarbij niet het algemene belang, maar het individuele belang van sommigen voorop heeft gestaan. Private rijkdom in ruil voor publieke armoede. Er is te weinig gestreden voor het belang van onze samenleving als geheel.
Terug naar mijn werk in Amsterdam. In de afgelopen jaren heb ik onder het motto ‘ongelijkheid met ongelijkheid bestrijden’ veel kunnen doen. Een kansenaanpak om achterstand op school te voorkomen; een pauzeknop voor schulden zodat mensen meer rust krijgen om naar een oplossing toe te werken; een brede brugklasbonus om kinderen langer de tijd te geven zich te ontwikkelen; het afkopen van schulden bij jongeren om ze zo een schuldenvrije start in hun leven te geven; een taalakkoord met werkgevers om werknemers die niet goed kunnen lezen en schrijven bij te scholen; een regeling voor de ouderbijdrage zodat geen kind meer uitgesloten wordt van schoolreisje. Een greep uit de vele dingen die ik heb kunnen realiseren als wethouder.
Het wethouderschap is elke dag weer een prachtige, sociale strijd, waarbij ik idealen kan omzetten in echte verandering. Corona heeft daarbij voor mij gewerkt als extra stimulans. Door online onderwijs kregen we een letterlijk kijkje achter de schermen bij kinderen thuis en werd zichtbaar hoe groot de verschillen zijn. Waar sommige kinderen veel ondersteuning, ruimte en aandacht krijgen thuis, moeten andere kinderen het onder veel moeilijker omstandigheden zien te rooien.
Niet gek dus, dat de schoolsluitingen juist voor die kinderen een veel grotere impact had op hun leerontwikkeling. Tijdens de schoolsluitingen hebben we kinderen en scholen zoveel mogelijk ondersteund door gratis laptops te verstrekken en daar waar nodig extra hulp te bieden. De stad en haar bewoners kwamen in beweging om hen te helpen die dat nodig hadden. Ik heb prachtige initiatieven gezien van mensen die hielpen met bijles of met extra maaltijden en dat geeft zoveel hoop. Door corona is de ongelijkheid zichtbaarder geworden en steeds meer mensen zien dat we daar verandering in moeten brengen. Samen maken wij de stad van gelijke kansen .
Ondertussen raast de tijd voort. De gemeenteraadsverkiezingen in Amsterdam zijn alweer in aantocht. Het mag duidelijk zijn, mijn opdracht voor meer kansengelijkheid nog lang niet voltooid is in onze mooie stad. Nog elke dag voel ik het vuur om ten strijde te trekken tegen ongelijkheid en het leven voor Amsterdammers te verbeteren. Ik ben nog niet klaar. 1 mei is de dag van de strijd. Daarom maak ik vandaag bekend dat ik dolgraag in 2022 opnieuw de lijst aanvoer van de PvdA in Amsterdam.